'Komst in het bestuur voelde als thuiskomen’

Hoe kijk je terug op jouw voorzitterschap van de Medezeggenschap LTC?
Ik werd een paar jaar geleden voorzitter van de Medezeggenschap LTC, toen deze zich nog in de opstartfase bevond. Na de reorganisatie van het LTC in 2019 werden verkiezingen gehouden voor de MC LTC en is deze commissie dus geformeerd. Vervolgens hebben we de medezeggenschap opnieuw ingericht. Uiteindelijk kwamen onder de DMC vier KMar-eenheden te vallen, waaronder het LTC. Tijdens stap drie van de reorganisatie van het LTC zijn vijf districten samengegaan.
Tegelijkertijd zijn toen vijf medezeggenschapscommissies samengevoegd tot één grote MC. Hiervan werd ik dus de eerste voorzitter. Ik ben heel tevreden over hoe de MC LTC zich heeft ontwikkeld. Nadat door het vertrek van een aantal oudgedienden veel kennis en ervaring uit de medezeggenschap verdwenen, hebben we deze vanuit de basis opgebouwd. Ik vond het een eer om voorzitter te zijn van de Medezeggenschap LTC, die gezamenlijk met het Hoofd Dienst Eenheid onderwerpen op het gebied van bedrijfsvoering besprak die in het belang waren van onze achterban.

De voorzittershamer is inmiddels overgedragen aan Johan Bruinsma, tevens voorzitter van Kring Noord van de Marechausseevereniging. Wat beschouw je als je belangrijkste verdiensten als voorzitter?
Dat vind ik best lastig om over mezelf te zeggen. Maar over het algemeen vind ik dat ik het goed heb gedaan. Heb ik fouten gemaakt? Jazeker! Zou ik bepaalde dingen nu anders doen? Zeker niet! Gelukkig was ik dankzij mijn eerdere ervaring bij het District Landelijke en Buitenlandse Eenheden, als MC-secretaris en later als MC-secretaris en secretaris van de Defensieonderdeel Medezeggenschapscommissie gelukkig al gewend om met ingewikkelde medezeggenschapsdossiers om te springen. Dus dat heeft mij geholpen in mijn rol als voorzitter.
De afgelopen vijftien jaar in de medezeggenschap zijn voor mij sowieso een waardevol leerproces geweest. Vanaf mijn eigen postzegeltje maakte ik me eerst alleen druk over mijn eigen werk en werkomgeving, maar door mijn medezeggenschapswerk is deze postzegel alleen maar groter geworden. Van me inspannen voor je eigen eenheid en brigade, tot inspanningen op districtsniveau en uiteindelijk meedenken over het beleid van Defensie. Ik heb geleerd hoe de hazen bij Defensie op verschillende niveaus lopen en kan relevante dossiers nu op een goede manier aan elkaar koppelen.

Op 21 juni ben je dus unaniem gekozen tot nieuw algemeen hoofdbestuurslid van de Marechausseevereniging. Waarom wilde je de overstap maken naar ons Hoofdbestuur?
Omdat ik naast mijn voorzitterschap van de Medezeggenschap LTC ook alweer een tijdje voorzitter was van de Kring LTC van de Marechausseevereniging, was het voor mij eigenlijk vanzelfsprekend om me als hoofdbestuurslid nog meer te gaan inspannen voor de rechtspositie en de belangen van onze leden. Binnen het Hoofdbestuur kom ik op voor dezelfde achterban als die van de Medezeggenschap LTC, maar nu richt ik me dus specifiek op de rechtspositie van leden en op vraagstukken op dit gebied. Door onder andere mijn contacten met onze mensen van de afdeling individuele belangenbehartiging en van de Kring NAD merkte ik voorafgaand aan de stemming hierover al dat er een goed draagvlak was voor mijn benoeming in het Hoofdbestuur. Dat gaf me vertrouwen om het avontuur als hoofdbestuurslid aan te gaan.

Wat worden jouw voornaamste prioriteiten als hoofdbestuurslid?
In het Hoofdbestuur hebben we een goede verdeling van de belangrijkste dossiers gemaakt. Door al mijn opgedane kennis en ervaring op dit terrein heb ik het dossier medezeggenschap toegewezen gekregen. Dit dossier pak ik op samen met mijn collega-bestuurslid Alexandra Schaap-Zoet die ook veel kennis hierover in huis heeft.
Als hoofdbestuurslid wil ik het aanspreekpunt en de vraagbaak op het gebied van medezeggenschap blijven. Belangrijk hierbij is om ervoor te zorgen dat onderwerpen op de juiste tafel worden behandeld en dat kennis goed met elkaar wordt uitgewisseld. Samen met René Schilperoort, vicevoorzitter en onderhandelaar namens de Marechausseevereniging, richt ik me op de IOREO (informeel overleg reorganisaties, red.). Verder ga ik me in het MARVER-Hoofdbestuur volop bezighouden met het nieuwe dossier internationale rechtspositie.

Hoe ervaar je tenslotte jouw contact met je collega-bestuursleden?
Het contact met de andere hoofdbestuursleden verloopt prima, gemoedelijk en gemakkelijk. Zij weten door mijn ervaring heel goed wie ik ben en ik weet uitstekend wat zij allemaal in huis hebben. Wat dat betreft voelde mijn komst in het hoofdbestuur als thuiskomen.

Dit interview is gepubliceerd in de op 13 oktober verschenen uitgave van ons ledenmagazine Interventie. De complete versie van Interventie kun je ook lezen via onze website of onze ledenapp.